We spoelen even terug naar 2019. “Ik was op de rechtbank en voelde me plots duizelig. En toen viel ik gewoon neer”, vertelt Ellen Driessen, toen een leidinggevende rechter bij Rechtbank Limburg in Maastricht en Roermond. “Toen ik ook nog verlammingsverschijnselen in mijn gezicht kreeg, zat ik voor ik het wist in de ambulance richting ziekenhuis. Het bleek een mild infarct. Dat was toch even schrikken, maar na een paar dagen was ik weer halftijds aan het werk. Maar naarmate de tijd vorderde, liep ik tegen steeds meer dingen aan die niet meer lekker liepen. Na drie maanden aanmodderen, viel ik volledig uit. Na overleg met de neuroloog startte ik alsnog een intensief revalidatietraject.”
Doodmoe
“De gevolgen van mijn herseninfarct zijn onzichtbaar”, gaat Driessen verder. “Je ziet dus niets abnormaals aan me. Het gaat om een niet-aangeboren hersenletsel (NAH). In mijn geval bevindt het letsel zich precies in dat deel van mijn hersenen dat ik hard nodig heb om mijn werk als rechter goed te kunnen uitoefenen. Het lezen, het verwerken en het analyseren van teksten kostte me plots zeer veel moeite, ik kon me veel moeilijker concentreren, was snel overprikkeld en kwam moeilijk uit mijn woorden. Daardoor deed ik niet alleen langer over het voorbereiden van zittingen en het schrijven van vonnissen, maar was ik na een paar uur werken ook doodmoe. Ik ben nooit meer fit, mijn energieniveau is nog maar een fractie van wat het ooit was. Ik probeerde nog naar de rechtbank terug te keren, maar ik werd uiteindelijk volledig en duurzaam arbeidsongeschikt verklaard. Ik moest noodgedwongen en met veel pijn in het hart mijn toga aan de wilgen hangen.”